zondag 12 januari 2014

De Dionne Quintuplets









Toen mijn oma overleed in 1992 vroeg mijn oom Gerard of ik nog een aandenken wilde hebben aan oma. Alles wat ik kon bedenken was de 5 op de muur geplakte plaatjes van de Dionne vijfling, gekregen bij een wasmiddel. Gerard heeft ze voor me afgeweekt, ze waren namelijk rechtstreeks op het behang geplakt. Ze hingen bij oma op zolder.
Oma's zolder was de spannendste zolder die ik ooit zag. Het ademde een sfeer van heel lang geleden, de tijd had er stil gestaan. Ik kwam zelden op die zolder, want eigenlijk was het er ook wel erg eng. Maar de  keren dat ik er kwam staan nog op mijn netvlies gebrand. Dus daar wilde ik wel een herinnering aan.

Nu was ik op de valreep van 2013 een gebonden boek met Panorama's uit 1937 aan het doorbladeren en kwam ik allerlei advertenties tegen van Palmolive en Quaker en HO-havermout met de vijfling in de hoofdrol. Ze intrigeerden me weer, net als toen ik als klein meisje op de zolder van oma liep.

Mooi van deze moderne tijd is dat alle informatie over de Dionne's met een enkele muisklik bij je vandaan is. Ik kom achter het ware verhaal van de vijf Canadese meisjes. Geboren op 28 mei 1934 en geëxploiteerd door hun eigen vader. Hij wilde ze wel bij de wereldtentoonstelling van 1934 in Chicago tentoonstellen, maar daar stak de staat Ontario een stokje voor. De baby's werden onder voogdij geplaatst, en vervolgens door de staat zelf ten gelde gemaakt.

Arme Yvonne, Annette, Cécile, Emily en Marie. Gedurende hun jeugd verschenen ze in talloze reclamecampagnes en hun huis werd een toeristische trekpleister.
In 1943 werden de ouders Dionne hersteld in de ouderlijke macht, maar de vijfling werd nog maar moeizaam opgenomen in het grote gezin (er waren vijf kinderen toen de meisjes geboren werden en er kwamen daarna nog 3 kinderen). Op 18-jarige leeftijd verliet de vijfling het ouderlijk huis. Vandaag de dag leven er nog twee: Annette en Cécile.*






Ik speurde vandaag het internet af naar de vijf platen die ik in mijn trapgat heb hangen. Ja, de vijfling hangt in mijn huis, keurig ingelijst en ik zie ze elke dag. En soms zie ik ze 'écht' en denk ik aan mijn oma. Ik heb de platen niet kunnen vinden. Gelukkig heb ik ze wel.
Het is de mooiste herinnering die ik toen kon bedenken:
oma en haar zolder mét de Dionne vijfling.

*(bron: Wikipedia)

donderdag 2 januari 2014

Vader (4)

















Van het weekend heb ik me met veel plezier door vier jaargangen Katholieke Illustratie en één Panorama geworsteld. Twee van de jaargangen (1914 en 1930) hadden geen advertenties in het weekblad. Maar de andere drie (1937-1939) wel. Het was een feest van herkenning. Merken als Palmolive, Wrigley's, HO-havermout, Victoria Biscuits en Colgate passeerden de revue. En dus ook Bleyle.
Deze advertentie deed me denken aan een anekdote van mijn vader.

Fritsje groeide op in hotels. Zijn vader was hotelier en zwierf door het hele land op zoek naar de juiste plek. Eigenlijk hadden mijn opa en oma helemaal geen tijd voor kinderen, dus groeide Frits grotendeels op in internaten. Zelfs in de vakanties hadden zijn ouders geen tijd voor hem en zijn broertje. Ze kregen de mooiste kado's opgestuurd met Sinterklaas en hun verjaardagen. Zo ook een grasgroene broek van Bleyle, waar papa -zoals hij vertelde- een grondige hekel aan had. Hij was grasgroen, wie had dat nou? Je schaamt je toch dood.

Bleyle was, zoals de advertentie vermeld: 'De gezonde, sterke kleeding der jeugd'. Een degelijk, niet goedkoop merk. Zie dat maar eens stuk te krijgen. En dat heeft Frits gemerkt:
Toen hij weer eens een keer thuis was en de broek 'moest' dragen heeft hij de broek al roetsend op het kontvlak langs de stenen muur van de open haard gehaald. In vloeiende bewegingen, zodat er een gat in de broek zou ontstaan. Ettelijke keren heeft hij erlangs geschuurd en warempel, de broek ging stuk! Hij was zoo blij.
Maar zijn moeder dacht daar heel anders over. Dat was toch ongehoord dat zo'n dure merkbroek na verloop van tijd een gat kon vertonen! Terug naar de winkel. En niet leuk voor papa, oma kreeg een nieuwe grasgroene broek retour. Nee, dit had de winkelier ook niet verwacht. De kleding van Bleyle werd ten slotte 'op de allerzwaarste proef gesteld en zal moeten bewijzen wat ze waard is....'
'...En toch komt bij al deze voordelen ook het aantrekkelijke, het jeugdige, het fleurige niet te kort.'

Arme pap, hij moest het weer doen met die grasgroene aantrekkelijke, jeugdige broek.